Met enkele juffen en meesters uit verschillende Mechelse scholen kregen we les over wat we moeten doen als er brand ontstaat op school.
Eerst kregen we theorie van brandweerman Werner. Hij legde ons uit dat er verschillende soorten branden zijn, die elk op een andere manier gedoofd kunnen worden.
Hij toonde ons de drie types van blusapparaten die we in de namiddag mochten uittesten op een echt vuurtje.
We maakten enkele afspraken in verband met de veiligheid.
Met vuur in de buurt moet je altijd voorzichtig zijn!
daarna was het onze beurt!
In sommige gevallen is het verkeerd om met water te blussen.
Een brandende frietketel doof je met een vochtige dweil.
Hier toont Werner ons hoe je de dweil moet vasthouden: je beschermt je handen en gezicht met de uitgewrongen dweil.
Je stapt rustig naar het vuur toe...
... en legt dan de dweil er zachtjes over zodat alle vlammen bedekt zijn.
Best spannend hoor, als je dat zelf moet doen.
In sommige gevallen is het verkeerd om met water te blussen.
Een brandende frietketel doof je met een vochtige dweil.
Hier toont Werner ons hoe je de dweil moet vasthouden: je beschermt je handen en gezicht met de uitgewrongen dweil.
Je stapt rustig naar het vuur toe...
... en legt dan de dweil er zachtjes over zodat alle vlammen bedekt zijn.
Best spannend hoor, als je dat zelf moet doen.
Werner toont hoe je een brandje blust met het CO2-blusapparaat.
De veiligheidszegel lostrekken, even uittesten op de grond of hij wel werkt...
Met het CO2-blusapparaat blijf je best een meter of drie verwijderd van de brand. Goed op de vlam richten en dan spuiten maar!
Geen opmerkingen:
Een reactie posten